Protest militair tegen hoogte arbeidsongeschiktheidspensioen faalt, wel vergoeding wegens overschrijding redelijke termijn
Naar Irak uitgezonden militair maakt aanspraak op arbeidsongeschiktheidspensioen. Dat wordt eerst afgewezen en na nieuwe gegevens gedeeltelijk toegewezen (11%). Zijn protest daartegen faalt. De rechtbank oordeelt dat Defensie zich op goede gronden op het standpunt heeft gesteld dat de mate van invaliditeit op de peildatum 13 september 2016, en in de periode van 13 januari 2016 tot 18 mei 2018, niet ondergewaardeerd is met het percentage van 10,83% (afgerond naar 11%), en dat eiser op 18 mei 2018 niet in aanmerking komt voor een militair invaliditeitspensioen omdat de mate van invaliditeit op minder dan 10% is vastgesteld. De rechtbank is van oordeel dat het medisch onderzoek zorgvuldig is geschied.Wel krijgt de militair immateriële schadevergoeding van € 1500 toegekend wegens overschrijding van de redelijke termijn. De redelijke termijn is zowel in de bestuurlijke fase als in de rechterlijke fase geschonden, waarbij de overschrijding van de redelijke termijn totaal achttien maanden bedraagt.
Rechtbank Den Haag (Locatie 's-Gravenhage), 07-10-2020