Vordering werknemer tot nakoming pensioenovereenkomst of schadevergoeding is verjaard
Appellant is vanaf 1 mei 1980 in dienst geweest bij het Pensioenfonds voor de gezondheid, geestelijke en maatschappelijke belangen (PGGM). Tot zijn arbeidsvoorwaarden behoorde deelname in de pensioenregeling. Hij is met terugwerkende kracht op 14 juli 1980 in dienst getreden bij een in de VS gevestigde dochteronderneming DII. In de brief staat dat zijn arbeidsvoorwaarden gelijk blijven. In de VS heeft hij deelgenomen aan Amerikaanse pensioenregelingen. Appellant spreekt zijn voormalig werkgever aan op grond van een pensioentoezegging. Appellant meent dat zijn ex-werkgever toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van de afspraken over zijn pensioen en dat de aansprakelijkheid voor de gevolgen van die tekortkoming ten onrechte is afgewezen. Daarom vordert hij in deze procedure dat hem alsnog een levenslang ouderdoms- en nabestaandenpensioen wordt uitgekeerd, althans dat hem een schadevergoeding, op te maken bij staat, wordt toegekend. Het hof wijst beide vorderingen af. Zowel de nakomingsvordering als de vordering tot schadevergoeding is verjaard. De nakomingsvordering was vanaf 1 oktober 1990 opeisbaar. Appellant was vanaf pensioendatum van 12 oktober 2009 bekend met schade, zodat die vordering op 13 oktober 2014 is verjaard.
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden (Locatie Arnhem), 23-03-2021