Naar boven ↑

Update

Nummer 6, 2022
Uitspraken van 01-07-2022 tot 11-08-2022
Redactie: Prof. mr. drs. M. Heemskerk.

Beste lezers,

Welkom bij Pensioenrecht Updates, jaargang 5, editie 6. Daarin vindt u een overzicht van vijftien in juni 2022 gepubliceerde uitspraken over pensioen. U kunt hier klikken om de pdf vanaf de website te downloaden.

Pensioenrechtspraak voor u geselecteerd
In de Pensioenrecht Updates vindt u een selectie van de belangrijkste rechtspraak over de arbeidsvoorwaarde pensioen. Op die manier bent u altijd op de hoogte van relevante rechtspraak over pensioen.

Uitspraken van de maand

Buffers pensioenfondsen niet in strijd met Europees recht (PR 2022-0131)
Het Hof Den Haag bevestigde dat de buffereisen uit de Nederlandse Pensioenwet niet in strijd zijn met de Europese pensioenfondsenrichtlijn. Ouderenorganisatie KBO en Stichting Pensioenbehoud betoogden dat de zogenoemde buffervereisten die in Nederland voor alle pensioenfondsen gelden niet zouden moeten gelden omdat de pensioenfondsen geen zogenoemde biometrische risico’s verzekeren. Zonder buffervereisten kan er sneller worden geïndexeerd. De rechtbank had de vordering van Pensioenbehoud c.s. eerder afgewezen (ECLI:NL:RBDHA:2021,944, PR 2021-0035). Het hof oordeelt in dit arrest dat de bezwaren van Pensioenbehoud c.s. tegen het vonnis niet terecht zijn. De Nederlandse pensioenfondsen verzekeren biometrische risico’s.  In de Nederlandse (pensioen)wetgeving zijn daarom terecht op grond van de Europese Richtlijn buffervereisten gesteld (ECLI:NL:GHDHA:2022:1002).

Prejudiciële vragen over verjaring premievordering bedrijfstakpensioenfonds (PR 2022-0133)
Het Hof Den Bosch oordeelde in een werkingssfeergeschil over de vraag of Kingspan, een onderneming die isolerende (sandwich)panelen voor daken en gevels maakt, onder bpf handel in bouwmaterialen (Bpf Hibin) viel. Het hof oordeelde dat de werkgever onder de werkingssfeer valt. Voor de praktijk relevant is dat het hof aankondigde prejudiciële vragen te willen stellen aan de Hoge Raad over de vraag onder welke omstandigheden de premievordering van het bedrijfstakpensioenfonds verjaard is (ECLI:NL:GHSHE:2022:1849).

Betalingsonmacht bewijzen ter voorkoming bestuurdersaansprakelijkheid (PR 2022-0136 en PR 2022-0139)
Deze maand waren er twee uitspraken over de aansprakelijkheid van bestuurders voor achterstallige pensioenpremies bij verplichtgestelde bedrijfstakpensioenfondsen. Eind vorig jaar verliet de Hoge Raad de strikte lijn in de lagere rechtspraak van een schriftelijke melding via een voorgeschreven formulier aan het bedrijfstakpensioenfonds (ECLI:NL:HR:2021:1976, PR 2022-001). Beslissend is dat het bedrijfstakpensioenfonds op basis van de melding in staat is om zich een redelijk oordeel te vormen over de oorzaken van de betalingsonmacht zodat het zich kan beraden over de opstelling jegens de rechtspersoon. Deze nieuwe lijn leidt tot nieuwe rechtspraak wanneer sprake is van een rechtsgeldige melding betalingsonmacht (ECLI:NL:RBZWB:2022:2966) en bewijslevering (ECLI:NL:RBZWB:2021:6982).

Uitspraken, vragen of opmerkingen zijn welkom
De redactie ontvangt graag niet op rechtspraak.nl gepubliceerde uitspraken en vragen of opmerkingen over deze nieuwsbrief. U kunt mailen naar pr-updates@budh.nl.

Tot de volgende update.

Mark Heemskerk

Hoogleraar pensioenrecht Radboud Universiteit Nijmegen
Advocaat-partner held (www.heldlaw.nl)
Raadsheer-plaatsvervanger Hof Den Bosch

e-mail: mark@heldlaw.nl / m.heemskerk@jur.ru.nl

Hof

Rechtbank

Centrale Raad van Beroep

Antillen